Column
- FNV-congres: is er hoop?
Op 10 en 11 mei
is er een FNV congres. Daar wordt de balans van de voorbije
vier jaar opgemaakt.
Daar worden de lijnen voor de komende vier jaar uitgezet.
En daar kiest het Ledenparlement een nieuw bestuur.
Zo'n congres
heeft verschillende invalshoeken. Primair horen inhoud en
richting van het vakbondswerk er aan de orde te komen. Daarnaast
en daarna óók de structuur en de bestuursposities.
Opvallend, en
niet om vrolijk van te worden: de discussie over structuren
en het gevecht om de macht dreigen het broodnodige debat
over de inhoud, het wat, waarom, waartoe en hoe, te overvleugelen.
Kandidaat bestuurslid Roel Berghuis publiceerde enkele keren.
In het blad Zeggenschap, in het FD en via website Joop.nl.
Veelbelovend: hij geeft hier een uitstekende aanzet tot
een krachtige analyse, een basis voor vakbondsvisie en vakbondsbeleid.
Jammer
is dat hij het fundamentele verschil met het gebrek aan
analyse en de 'vaagpraat' van het 'officiële' MeerJarenBeleidsPlan
onvoldoende lijkt te doorzien.
Verontrustend
is dat de focus van de discussie daarna al snel lijkt te
verschuiven van de inhoud naar de structuur, en de bijbehorende
(machts)posities. De contouren van een machtsstrijd lijken
zich af te tekenen.
Object daarvan: het Dagelijks Bestuur van de FNV: wie wordt
gekozen?
Vijf kandidaten trekken als eenheid de verkiezingen in.
'Omdat de FNV eensgezindheid over de koers nodig heeft'.
Anderen zetten zich daar, om wisselende redenen, fel tegen
af.
Dat is allemaal
geen nieuw fenomeen in de FNV, maar wel riskant: de verzwakte
positie van de Nederlandse Vakbeweging schreeuwt juist om
grondige bezinning op beleid, inhoud en aanpak.
Update
8 mei
Direct na
publicatie van deze column heb ik me wat steviger gebogen
over een tweetal stukken die me op 7 mei bereikten.
Mijn
column kruiste met teksten van:
- enerzijds
bestuurskandidaten Ruud Kuin, Mariette Patijn,
Zakaria Boufangacha, Masja Zwart en Tuur Elzinga
- en
anderzijds bestuurskandidaten Roel Berghuis,
Bert de Haas, Erica Hemmes en Kitty de Jong.
Hun stukken
leidden er toe dat ik in elk geval een deel van mijn
kritische opmerkingen moet (beter: mag, want
ik ben er verheugd over) herzien.
De beide teksten die mij via het Ezine van Solidariteit
bereikten, gaven een verrassende en verheugende focus
op inhoud/ vakbondsstrategie te zien.
Mijn zorg (en kritiek) dat het debat steeds meer over
structuren, machtsposities, blokvorming enz. enz. zou
gaan, is niet helemaal weggenomen, maar deze teksten
wijzen in tegengestelde richting. En dat is pure winst.
Dat er - soms zeer stevige - verschillen van inzicht
bestaan wordt duidelijk, maar dat moeten we m.i. aandurven
en aankunnen. |
Zelf deze twee teksten lezen?
|
Wat dat van de
FNV vraagt? Eerlijk in de spiegel durven kijken, de tijd
willen nemen voor een gedegen, onbevooroordeelde analyse
van jezelf en van de maatschappelijke verhoudingen waarin
je opereert. Een respectvol inhoudelijk debat dáárover durven
aangaan.
Daarbij is mijn
overtuiging dat mensen, die voor 100% het gelijk - of ongelijk
- aan hun kant hebben, niet bestaan.
Gevechten over
'wie heeft het voor het zeggen' en 'wat is de juiste structuur'
bemoeilijken een dergelijk debat, en brengen de FNV verder
in de gevarenzone.
Daarmee dreigen ook de vele hoopgevende vakbondsacties van
de afgelopen jaren vast te lopen in een FNV die niet bij
machte lijkt concrete resultaten en een succesvolle aanpak
samen te smeden tot een krachtig 'vakbondsconcept'.
Die onmacht doet
bepaald geen recht aan schoonmakers, beveiligers, metaalarbeiders,
medewerkers van distributiecentra, werkers in de zorg, en
al die anderen die weer smoel proberen te geven aan de vakbond
als strijdbare tegenmacht tegen neoliberale graai- en verdeelzucht.
In weerwil van
veel hosanna's is de FNV er nog steeds niet in geslaagd
de crisis van 2011-2012, toen Agnes Jongerius en Henk van
der Kolk het veld moesten ruimen, te boven te komen.
De inhoudelijk-strategische tegenstellingen van toen bestaan
nog steeds.
Het zittende
bestuur heeft de inhoudelijke discussie niet echt aangedurfd,
maar begraven onder een 'voor elk wat wils' verhaal. Begrijpelijk
als je kijkt hoe mensen met soms diametraal verschillende
opvattingen het vier jaar lang samen in één bestuur moesten
zien te rooien.
Onbegrijpelijk
is alleen, dat tot nu toe geen enkele van de bestuurskandidaten
de noodzakelijke analyse, herbezinning en het debat rond
koers en werkwijze van de FNV op de agenda zet.
Maar we hebben toch net een uitgebreid 'visietraject' achter
de rug? Met alle respect: de colleges, sommige daarvan extreem
zwak, en de 'discussie'bijeenkomsten - weinig meer dan balletjes
op- en overgooien - waren een nuttig startmoment…maar meer
ook niet.
Het is vijf voor
twaalf. Het fundamentele debat nóg een keer voor je uit
schuiven brengt de 5 jaar uitgestelde implosie van de FNV
angstig dichtbij.
Dat kan en mag
niet gebeuren: werkend, uitkeringsgerechtigd en gepensioneerd
Nederland hebben een sterke, maatschappijkritische vakbeweging
namelijk harder nodig dan ooit.
|